Beplantingsplan voor de vijver

Geplaatst op

Vijverplanten en hun functie

Voor een gezonde algenvrije vijver zijn vijverplanten onmisbaar. Vandaar dat wij een blog schrijven over een beplantingsplan voor de vijver. Vijverplanten maken de vijver aantrekkelijk voor dieren en mensen. Planten die goed groeien in de vijver nemen voedingsstoffen op uit het water en zetten deze om in zuurstof. Je kunt dit vergelijken met een fotosynthese bij bomen. Wikipedia omschrijft fotosynthese als een proces waarin lichtenergie wordt gebruikt om koolstofdioxide om te zetten in koolhydraten, zoals glucose en zuurstof.

 

In dit blog geven wij dus een beplantingsplan voor de vijver. Indien je nog niet precies weet wat voor soort vijver je wilt gaan maken, lees dan eerst onze vorige blogs:

Beplantingsplan voor de vijver

Soorten vijverplanten

Als je precies weet wat voor soort vijver je wilt en je hebt alle stappen doorlopen van het aanleggen van de vijver, dan kun je aan de beplanting beginnen. Als je het beplantingsplan al hebt meegenomen in het ontwerp en dan weet je precies wat je moet doen. Heb je geen ontwerp gemaakt, dan leggen wij hieronder uit welke soorten vijverplanten er zijn er en welk doel ze hebben:

 

Zuurstofplanten

Zuurstofplanten zijn de belangrijkste planten van de vijver. Ze vormen de basis voor het natuurlijk evenwicht in de vijver. Houd in een vijver ongeveer de volgende hoeveelheid zuurstofplanten aan: per 1000 liter 5 bosjes. Niet alle zuurstofplantjes produceren gedurende het hele vijverseizoen dezelfde hoeveelheid zuurstof. Het is dus van belang een mooie diversiteit aan zuurstofplantjes te hebben. Waterranonkel produceert zuurstof in de winter en het voorjaar (Ranunculus aquatilis). Aanraders voor de zomer en het najaar zijn het hoornblad (Ceratophyllum demersum), fonteinkruid of waterpest. Andere bekende zuurstofplanten zijn lidsteng (Hippuris vulgaris) en waterviolier (Hottonia palustris). Gemiddelde diepte voor het plaatsen van de zuurstofplantjes is 50 cm. Vaak staat op het label wel de maximale diepte voor de plantjes.

Zuurstofplanten

Oeverplanten

Oeverplanten staan aan de oever van de vijver en hebben 2 functies; ze camoufleren de rand van de vijver en daarnaast zorgen de hoge soorten voor meer volume en structuur. Oeverplanten zijn er in verschillende soorten en maten en zijn met hun geweldige kleuren een lust voor het oog.

Een oeverplant staat dus langs de kant van de vijver en moeten drassig staan. Op het label van de plant vind je meestal wel op welke manier de plant moet staan en in welke diepte. Soms kan het verstandig zijn om de oeverplant zelf te verpoten in een wat grotere mand met wat extra poreus voedingssubstraat. Op deze manier kan voeding- en zuurstofrijk water de wortels beter bereiken, waardoor groei wordt gestimuleerd.  De bekendste oeverplanten zijn Iris, de vleesetende trompetbekerplant (Sarracenia), kurkentrekkersgras of krulpitrus (Juncus effusus Spiralis) en de Aronskelk (Zantedeschia).

 

Moerasplanten

Vanwege de enorme variatie in kleuren, vormen en afmetingen, kun je met moerasplanten je vijver pas echt sfeervol maken. De biologische functie voor het vijvermilieu wordt bepaald door de groeicapaciteit. Hoe meer voedingsstoffen ze uit het water halen, hoe kleiner de kans op algen. In nieuwe vijvers kunnen gelijk allerlei soorten moerasplanten worden geplaatst. Het voedingssubstraat waarin je ze poot, dient zo poreus mogelijk te zijn. Voeding- en zuurstofrijk water kan zo de wortels beter bereiken, waardoor een goede groei wordt verkregen. Gebruik voedingsaarde of groeisubstraat voor een uitbundige groei en bloei van de wortels en de plant. Voor plaatselijke bemesting van moerasplanten zijn speciale groeibollen ontwikkeld.

 

Waterlelies

Waterlelies hebben twee functies in de vijver en worden daarnaast vaak voor de sier in de vijver gezet. Met name de bloem die uit de lelie groeit is prachtig. De belangrijkste functie voor de vijver is dat ze voedingsstoffen uit de water opnemen, wat algengroei beperkt. Daarnaast zorgen de bladeren voor schaduw en beschutting tegen reigers. Vissen zijn dus dol op de waterlelie en anders om ook. Vissen zorgen er namelijk voor dat insecten en waterslakken geen kans hebben om de waterlelie op te eten. Waterlelies groeien het beste op een diepte van 80 cm. Zet de lelie altijd in een ruime plantenmand met speciaal lelieaarde.

Waterlelies

 

Drijfplanten

Voor een nieuwe vijver zijn drijfplanten ideaal. Dit komt omdat ze CO2 direct uit de lucht halen. Ze groeien snel en stellen weinig eisen aan de waterkwaliteit. Het drijfvermogen hebben de plantjes te danken aan de met lucht gevulde bladeren, terwijl de in het water hangende worteltjes de voedingsstoffen opnemen. Bruikbare winterharde drijfplanten zijn onder meer kikkerbeet (Hydrocharis Morsus-ranae), eendenkroos (Lemna valdiviana), puntkroos (Lemna trisulca) en azolla drijfvaren of kleine kroosvaren (Azolla Caroliniana).  Wanneer de buitentemperatuur hoger dan 15°C is, zijn drijfplanten sterk genoeg voor de vijver, bij lagere temperaturen kun je ze laten overwinteren in een vorstvrije omgeving. Drijfplanten zijn dan ook bij uitstek geschikt om in nieuwe vijvers te worden aangebracht.

 

Wij hopen dat je wat wijzer bent geworden na het lezen van dit blog. Wij zouden het heel leuk vinden als je dit blog wilt delen op sociale media. Heb je vragen, stel ze dan aan ons via onze Facebook pagina.

Uw privacy is belangrijk voor ons

Vanaf 25 mei 2018 volgt ons beleid de nieuwe algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van de Europese Unie. Velda heeft zijn privacybeleid bijgewerkt om je meer informatie te geven over hoe Velda je privacy beschermt, waaronder informatie over hoe je je rechten op gegevens kunt uitoefenen.

Lees ons privacybeleid